Stage Beauty van Richard Eyre De finale van Shakespeares Othello wordt in Stage Beauty van Richard Eyre op zeer diverse manieren uitgevoerd. Gestileerd en realistisch, waardeloos, en adembenemend goed. Maar wat vooral het verschil uitmaakt tussen de ensceneringen: wordt de rol van Desdemona door een man of een vrouw gespeeld? Aan het eind van de zeventiende eeuw is het vrouwen niet toegestaan in Engelse theaters te acteren. Stage Beauty begint op het moment dat het verbod heimelijk wordt geschonden, en gaat verder tijdens de daaropvolgende periode, waarin – na een koninklijk decreet – mannen geen vrouwenrollen meer op zich mogen nemen.
De hoofdpersonen, gespeeld door Billy Cudrup en Claire Danes, hebben zich als acteur en actrice allebei gespecialiseerd in de Desdemona-rol. Om de beurt worden ze door de verboden getroffen, maar het seksuele rollenspel waarin ze zo verstrikt raken, doet ze wel zichzelf vinden. Op niet altijd subtiele wijze ontdekt Danes pas hoe ze een vrouw moet spelen als ze een minnaar heeft, en kan Cudrup geen echte man neerzetten tot hij zijn homoseksuele verleden achter zich laat. Zo beweegt de film zich van valse gedaantes naar waarheidsgetrouwheid, en in die tegenstelling van acteerstijlen ligt de kracht en de zwakte van Stage Beauty. De scènes uit Othello die de gedurende de film terugkomen zijn als leidraad knap uitgevoerd, en boeien steeds. De verschillende versies reflecteren het verloop van het verhaal, en vooral de laatste opvoering is spannend. Minder bevredigend is het dat een film die op zoek gaat naar wat authentiek en wat onecht is op een toneelpodium in de episodes buiten het theater zo vaak in de maniertjes van kostuumfilms blijft steken. Bron: De Volkskrant, 2 december 2004 Tekst: David Sneek